differentiatie binnen mijn herontwerp
Vandaag heb ik mij verdiept in het onderwerp ‘differentiatie’
met oog op mijn herontwerp. Ik had hier al verschillende literatuur over
gelezen. Pas nu mijn herontwerp concretere vormen aan begint te nemen, is het
voor mij makkelijker om de begrippen en concepten mee te nemen in het
ontwerpproces.
Differentatie binnen
de onderwijsinstelling
Differentiatie binnen mijn onderwijsinstelling is
vormgegeven op basis van interne differentiatie, door middel van het
jaarklassensysteem. Binnen de groep wordt er gedifferentieerd, voornamelijk op
prestatie. Dit op basis van convergente differentiatie, waarbij volgens het
systeem van Mastery learning gewerkt wordt met basisstof-herhalingsstof-verrijkingsstof.
Deze differentiatie is duidelijk terug te vinden bij de kernvakken, maar minder
zichtbaar bij het zaakvakonderwijs. Hier is het leerdoel en het aanbod voor
alle leerlingen doorgaans gelijk. Divergente differentiatie zal de komende
jaren toenemen vanuit de vraag naar Passend onderwijs. Waar we nu proberen de
leerling op basis van hoge verwachtingen mee te nemen in de basisdoelen, zal de
vraag naar eigen leerlijnen en ontwikkelingsperspectieven toenemen omdat ook de
problematieken toe lijken te nemen.
Differentiatie binnen
de samenwerkingsgroepjes
De samenwerkingsgroepen die ik zal samenstellen voor het
herontwerp zullen heterogeen samengesteld worden. Ebbens (1997) omschrijft
heterogene groepen als bewust gegroepeerd op grond van verschillen. De betere
en zwakkere leerlingen zitten bij elkaar, zodat de een de ander kan helpen. In
mijn geval groepsoverstijgend, doordat groep 3 en 4 tijdens themawerk
samengevoegd worden. Leerlingen uit groep 4 kunnen de leerlingen uit groep 3
helpen, maar ook de sterke leerling uit groep 3 kan ondersteunend zijn aan de
zwakkere leerling uit groep 4. Aangetoond is dat heterogene groepen een
positieve invloed hebben op de ontwikkeling van de zwakke leerling. Guldemond
(1994) toont aan dat laagpresteerders in homogene groepen slechter presteren dan
laagpresteerders in heterogene groepen. Dit omdat de vaak lager gestelde doelen
leiden tot een grotere kloof met de andere niveaus, de lager gestelde doelen
leiden tot weinig uitdagend onderwijs en aparte groepen een negatief effect
hebben op het zelfvertrouwen van de leerlingen (Vernooij, 2009).
Maar wat is dan het profijt voor de sterke leerlingen?
De leerpiramide van Bales (1996) staat al lange tijd ter
discussie. Ten eerste omdat de percentages niet aangetoond kunnen worden. Ten
tweede omdat een piramide suggereert dat fases opeenvolgend zijn, waarvan
echter geen sprake is. Toch is er veel onderzoek gedaan naar de effecten van het
passief leren in de bovenste vier lagen, tegenover het actief leren in de onderste
drie lagen van de piramide. Hierbij sluit het actief leren aan op de principes
vanuit het Constructivisme waarbij leerlingen leren door kennis actief met
elkaar te construeren. Er is veel onderzoek verricht naar het leereffect van
leerstof uitleggen door leerlingen onderling. Zo tonen Denessen, Veerman, Dobbelsteen en Schild (2008) aan
dat gemiddelde leerlingen die samenwerken met een zwakkere leerling meer
vooruitgang laten zien dan wanneer zij samenwerken met een sterkere leerling.
Dit omdat zij de leerstof die ze uitgelegd hebben beter kunnen onthouden en ook
breder kunnen toepassen.
Differentiatie binnen het herontwerp
Om te kunnen differentiëren binnen het thema onderwijs is het van belang dat de leerkracht tijdens het begeleiden van de thema lessen uitgaat van het proces van Scaffolding. Allereerst zijn de leerdoelen bedoelt voor twee leerjaren en hoeven zij op niveau ‘creatief toepassen’ pas beheerst te worden door de leerlingen van groep 4. Prettig is dat leerlingen van groep 3 die goede aansluiting vinden met de leerstof, wellicht al verder kunnen komen bij sommige doelen dan het niveau ‘begrijpen’. Het is van belang dat de leerkracht achterhaald en controleert welke conceptkennis al bij de leerlingen aanwezig is. Dit ook om misconcepties tijdig te achterhalen (Sewel, 2002). In hoeverre beheersen leerlingen de vier windrichtingen nog, die al aangeboden zijn tijdens een ander thema. De leerkracht kan deze kennis anders nogmaals aanbieden, of voorborduren op bestaande kennis. Fading kan plaatsvinden wanneer de leerkracht waarneemt dat de leerlingen verder kunnen met de ontvangen kennis. Toetsing of de leerstof uiteindelijk voldoende begrepen is, vind plaats door middel van de kwis aan het eind van iedere les en op basis van de eindproducten die de leerlingen zullen laten zien.
Bij het ondersteunen van de samenwerkingsvaardigheden is het tevens van belang dat de leerkracht de voorkennis van de leerling in kaart brengt en controleert. Snapt de leerling het belang van de samenwerkingsvaardigheid? Hierna is vooral Modeling en krachtige didactiek om samenwerkingsvaardigheden aan te leren (Kagan, 2007; Van De Velde, 2002). Sociaal sterke leerlingen kunnen als model dienen voor de sociaal zwakke leerlingen binnen de groep, maar ook de leerkracht heeft een krachtige model rol. De leerkracht zal in het begin een sturende rol moeten hebben om het samenwerken in goede banen te leiden, maar zal steeds meer naar de achtergrond verdwijnen (Fading) wanneer leerlingen de vaardigheden laten zien. De leerkracht zal tijdens het samenwerken zelf moeten bepalen welk groepje (meer) begeleiding nodig heeft en bij welk groepje de vaardigheden al beheerst worden.
Denessen, E., Veerman, s., Dobbelsteen, J., & Schild, J., van. (2008). Dyad Composition Effects on Cognitive Elaboration and Student Achievement. The Journal of Experimental Education.
Ebbens, S., Ettekoven, S. & Rooijen, J. van (1997) Samenwerkend leren, praktijkboek. Groningen:
Wolters-Noordhoff
Guldemond, H. (1994). Van de kikker en de vijver.
Groepseffecten op individuele leerprestaties. Leuven/Apeldoorn: Garant.
Sewell, A. (2002). Constructivism and student misconceptions, why every teacher needs to know about them. Australian Science Teacher’s Journal , 48(4), 24-28.
Vernooy, K. (2006). Effectief omgaan met risicolezers.
Werken aan preventie en beter omgaan met leesproblemen. Amersfoort: CPS
0 reacties:
Een reactie posten